Vier jaar training voor een wedstrijd, vier jaar om automatismen te optimaliseren voor één groot doel: de Olympische Spelen. Startprocessen zijn essentieel. Omdat een succesvolle start vaak bepalend is voor succes en mislukking. Met skicross en skispringen staan momenteel twee spectaculaire sporten aan de start van de Olympische Spelen in Pyeongchang. In beide disciplines worden oplossingen van ACE-schokdempers gebruikt op Duitse en Oostenrijkse Olympische bases voor starttraining.
Skicross is de BMX die de winterspelen leidt. Moeilijk, spectaculair en trendy. De vechtman tegen man of vrouw tegen vrouw beslist vaak al op de eerste meters. Voor inhaalmanoeuvres is alles behalve eenvoudig in het skicross op veeleisende circuits vol steile bochten en sprongen. Om deze reden wordt de beginfase steeds weer opnieuw geoefend, vooral in de zomermaanden. Om in korte tijd hoge herhalingsnummers mogelijk te maken, zijn er voor dit doel trainingsapparaten, die doen denken aan machines in fitnessruimtes.
Instituut voor Sportwetenschappen in Innsbruck
Zo'n apparaat is ook vervaardigd door medewerkers onder leiding van prof. Christian Raschner van het Instituut voor Sportwetenschappen in Innsbruck. Na een planningsfase is een eerste prototype gemaakt dat visueel doet denken aan een bedframe op wielen. In plaats van een lattenbodem is in het midden een plaat met skibindingen bevestigd.
Daarnaast is er een glijbaan die langs de lange zijden beweegt en aan beide zijden een flinke meter uitsteekt. Aan het verticale uiteinde bevinden zich twee handvatten waarmee de sportieve skiër de slee van 36 kg naar achteren kan duwen.
Toen testpersonen van het Instituut voor Sportwetenschappen Innsbruck voor het eerst de draagraket gebruikten, waren er problemen met de constructie: ten eerste reed het rijtuig met zo'n kracht in de eindpositie dat vroeg of laat schade te verwachten viel. Aan de andere kant moest tijdens de eerste tests een tweede persoon helpen met het vasthouden, zodat het trainingsapparaat niet zelfvoorzienend werd. Op dit punt in het project schakelde de ACE schokdemper GmbH uit Langenfelde over.
Dempingselementen bieden een remedie voor de starttraining van skicrossers
Als onderdeel van het technische consult werd de kinetische energie die moet worden opgenomen door de twee dempers van tevoren berekend. Hiervoor werden 8 m / s en 10 m / s als snelheden aangenomen. Met een bewegende massa van 36 kg bij 10 m / s resulteerde dit in ondersteuningskrachten van ongeveer 38.000 N en in 8 m / s van ongeveer 25.000 N.
Op basis van deze berekende energie heeft de sportwetenschapper en getrainde machinebouwer Mario Lazzeri, die voornamelijk bij het Institute for Sports Science aan deze applicatie werkte, twee industriële schokbrekers van het type MA4575EUM geselecteerd om de eindposities te beschermen, die elk 1300 Nm per slag kunnen absorberen en dus voldoende veiligheidsreserves bieden. De eisen zijn geen probleem voor de constructie-elementen die behoren tot de "Magnum" -familie. Met een eigen gewicht van 1,6 kg kunnen ze de effectieve massa verminderen in een bereik van 70 tot 15.000 kg en dat met een terugsteltijd van de zuiger van slechts 0,11 s.
Deze Magnum-dempers worden normaal gesproken gebruikt in automatisering, verwerkingstaken of op rotatiemodules thuis en bieden nu een stabiel trainingshulpmiddel voor skiërs. Omdat de constructie-elementen zijn uitgerust met de nieuwste afdichtingstechnologie, een gehard geleidingslager en een geïntegreerde vaste aanslag, kan een willekeurig aantal trainingsgroepen per dag werken zonder dat ze na jarenlang gebruik vervangen hoeven te worden. Maar mocht het ooit gebeuren, dan kan dat zonder problemen, want de schokdempingspecialist levert zijn dempingsoplossingen met een groot aantal bijpassende accessoires en verbindingsdelen.
Startbalk geoptimaliseerd voor skispringers
De grote selectie van DIN-gestandaardiseerde accessoires van de fabrikant bleek ook een voordeel te zijn voor het trainen op de skisprongen van de skiclub Hinterzarten. Het punt hier is om de sprongen na elkaar en met een veilige afstand te gebruiken. De spronglengte moet altijd worden aangepast aan de mogelijkheden van de springers en de heersende weersomstandigheden. Als de wind waait z. B. van achteren worden schansspringers bijna in de helling geduwd, wat leidt tot verminderde breedtes.
Het balpenprincipe maakt de gasveer aan beide zijden vergrendelbaar
Als de wind van voren komt, kan de atleet het gebruiken als luchtkussen om ver de vallei in te zweven. Als hij in het kritieke deel van de heuvel komt, waar de landingsheuvel vlakker is, wordt het kritiek voor de springer. Dit komt door het feit dat hoe vlakker de landingsheuvel, hoe steiler de hoek voor de springer en hoe groter de krachten die op hem werken tijdens de landing.
Om ondanks de verschillende outputvermogens en verschillende windcondities vergelijkbare afstanden te bereiken, dienen de naderingslengte en de resulterende snelheid aan het einde van de starttafel als compensatie-elementen. Hiervoor zijn bij de inruntoren in Hinterzarten verschillende starthekken met vier mobiele startbars aanwezig.
Deze staven worden tijdens de training aan verschillende startpoorten gemonteerd of aangesloten, dus voor verschillende approach lengtes. In de basispositie is de stangarm omhoog. Om in de nadering te komen, drukt de jumper de staafarm naar beneden in de toonbankhouder. Wanneer de jumper in beweging komt, wordt de ontlast liggerarm door gasdrukveren weer in de uitgangspositie gebracht. De aanloop is dus voor de volgende atleet die z. B. wil graag starten vanaf een verder boven gemonteerde startbalk, snel weer vrij.
Trainingsoperaties vergemakkelijkt
Dit systeem maakt het trainen een stuk eenvoudiger, handmatig tillen of verplaatsen van de staven is niet meer nodig. In dit geval vervingen de oplossingen van ACE producten van een andere fabrikant die te gevoelig waren voor beschadiging. Enerzijds was dit te wijten aan het feit dat ze ondersteboven werden geïnstalleerd, anderzijds was er voor deze gasveren niet genoeg accessoires. Bij ACE maken DIN-gestandaardiseerde accessoires deel uit van het standaardprogramma. Door de relatief eenvoudige algemene constructie en om de trainingsoperatie snel in goede conditie te brengen aan de startstang, verviel de anders gebruikelijke technisch nauwkeurige opzet inclusief berekening en werd het gewicht van de stang geschat. Per startbar zijn vervolgens twee industriële gasveren van het type GS-22-200-EE-200N gebruikt.
Eenvoudige bediening van de startbalk
De schokdempers bieden perfecte ondersteuning voor handkracht in luiken, deksels, kappen of, zoals in dit geval, in de horizontaal en verticaal georiënteerde startbalken. De autonome systemen zijn gevuld met stikstofgas onder druk en zijn verkrijgbaar in lichaamsdiameters van 15 tot 40 mm en met krachten van 40 tot 5000 N. De typen voor installatie op de skischans hebben een omtrek van 22 mm en een slag van 200 mm. De opgegeven kilometerstand van ongeveer 70.000 tot 100.000 volledige slagen is meer dan voldoende, zelfs voor een snelle training.
Met een eigen gewicht van 415 g en een totale lengte van 464 mm in de uitgetrokken staat, bieden deze kant-en-klare, onderhoudsvrije machine-elementen tot 1300 N duwkracht. Voor de huidige toepassing zijn ze echter ontworpen, gevuld, afgeleverd en geassembleerd met een 200 N-uitrekkingskracht, die nauwelijks spierkracht van atleten vereist om de opstartbalk tijdens het gebruik te sluiten en hun energie te sparen van de stuiter die gepaard gaat met grote concentratie, precisie en kracht.
Of ze nu in de winter of in de zomer springen, de ACE-producten presteren betrouwbaar bij temperaturen van -20 ° tot 80 ° C. Het onderste gedeelte verschijnt op het eerste gezicht slechts in geringe mate gedimensioneerd voor een wintersport. Omdat bij nog lagere temperaturen, noch in Hinterzarten noch in Pyeongchang, de trainings- en wedstrijdoperaties plaatsvinden.