parker0217Anders dan in het verleden zijn lekkages in leidingsystemen tegenwoordig niet het gevolg van materiaaldefecten, maar eerder van een onjuiste montage. Het nieuwe, snel te monteren "EO-3" -schroefverbindingssysteem van Parker Hannifin kan hierbij helpen. Dankzij een nieuwe schroefdraadtechnologie kunnen deze schroefverbindingen eenvoudiger, sneller en veiliger worden aangebracht.

In tegenstelling tot alle eerdere DIN-normschroefverbindingen, is het EO-3-systeem gebaseerd op een 24-graden binnenconus met een geïntegreerde zachte afdichting en een conische verbindingsschroefdraad. Als 's werelds eerste en enige systeem maakt de EO-3-schroefverbinding het mogelijk om de montageresultaten van buitenaf te controleren. De monteur kan direct aan een gele signaalring zien of het schroeven correct is uitgevoerd.

EO-3 fittingen zijn veel sneller te monteren dan standaard fittingsystemen. Voor de montage van de EO-3 is geen momentsleutel of sleutelverlengstuk nodig - een standaard steeksleutel is voldoende. Vanaf een leidingmaat van 25 mm zorgt een 6-punts moer in plaats van de standaard 8-punts moer voor meer montagegemak. De 8-punts moer vergemakkelijkt de toegang met de steeksleutel in krappe ruimtes. De vork hoeft minder vaak te worden vervangen, waardoor de montagesnelheid wordt verhoogd.

Voor de nieuwe schroefverbindingen gebruikt Parker de EO-vormmachines die al op de markt zijn. Naast starre pijpleidingen vereisen veel toepassingen flexibele slangverbindingen. EO-3 kan voor beide varianten worden gebruikt. Ook de aansluiting op bestaande EO-2 aansluitingen is dankzij een adapter probleemloos mogelijk. Het nieuwe schroefsysteem biedt vier keer meer veiligheid en maakt een einde aan de gebruikelijke standaard serieclassificatie van LL, L en S. Op enkele uitzonderingen na geldt voor alle leidingmaten één drukniveau van 420 bar. Elastomeermaterialen kunnen toepassings- en dus mediaspecifiek worden gekozen.